Audi RSQ8 (2025) weet zelfs SUV-haters om zijn vinger te winden

Audi RSQ8 (2025) weet zelfs SUV-haters om zijn vinger te winden


Wat gebeurt er als je de knapste technici van Audi bij elkaar zet om een auto te bedenken? Dan krijg je de Audi RS Q8 Performance, met de krachtigste motor die het merk ooit bouwde.

De RS Q8 Performance is de kroon op de facelift die de Audi Q8 halverwege 2023 kreeg. Met 640 pk is dit het model met de krachtigste motor die Audi ooit bouwde. Ook de Lamborghini Urus gebruikt de motor van Audi. Het is een vierliter achtcilinder van de oude stempel, die hulp van een elektromotor afwijst. Nou ja, er is een héél kleine starter-generator van 12 volt. 

Concurrenten

Met dat vermogen scoort de Audi net even beter dan de BMW X6 M (625 pk) en de Range Rover Sport SV (635 pk). Dat zijn overwinninkjes die ertoe doen in een segment dat opleeft van haantjesgedrag. De Audi RS Q8 Performance onderscheidt zich van zijn minder vermogende Q8-soortgenoten door verschillende exclusieve details in matzwart en zwart hoogglans, zoals de nieuwe grille en de zijspiegels.





Audi Q8 specs: 640 pk en 305 km/h

De introductie bij de Nederlandse dealers vindt plaats op het moment dat die andere Q8, de elektrische e-tron, niet goed in het nieuws is. Vooral in Duitsland neemt de belangstelling voor EV’s af en Chinezen kopen liever eigen waar. En dus gaat de fabriek in Brussel dicht en gaat het sprookje van de Q8 e-tron als een nachtkaars uit. En zo is de verwarring in de Audi-prijslijst compleet. Het merk had net bedacht dat de even getallen (A4, A6, Q6) gereserveerd zijn voor elektrische modellen. Maar juist van de Q8 is er alleen een benzineversie beschikbaar.

De Q8 Performance is met zijn hitsige achtcilinder Audi’s sportieve visitekaartje. Dankzij een vermogen van 640 pk accelereert de RS Q8 Performance in 3,6 seconden van 0 naar 100 km/h. Wij gaan voor de opper-versie met Dynamic Plus-pakket. Daarbij wordt de topsnelheid verhoogd van 250 km/h naar 305 km/h.

Temperamentvol, indrukwekkend en ordinair: de RS Q8 Performance is het allemaal. Wie het liefst een onopvallend leven leidt, moet hem laten staan. Alleen al de optionele lichtgewicht 23-inch (!) wielen en de enorme carbon-keramische remschijven zijn ontzagwekkend. Ook de V8 met twee turbo’s laat zich van zijn meest intense en woeste kant zien. We halen de auto op bij de Audi-importeur in Leusden en horen hem terwijl we wachten al van een afstand bulderen. Het uitlaatsysteem met glanzende zwarte uitlaatpijpen werd dan ook speciaal voor de RS Q8 Performance ontwikkeld.

Tip


BYD ATTO 3 - 100% elektrische SUV

Twee sportstanden 

305 km/h – zullen we het erop wagen? In het drukke Nederland kun je je geluk het beste beproeven op de kaarsrechte wegen van de Flevopolder. Vind je de foto’s bij dit verhaal niet erg Lelystad of Zeewolde, dan klopt dat. De persfoto’s zijn gemaakt in Spanje. De RS Q8 Performance heeft twee RS-sportstanden, een voor het circuit en een voor de openbare weg. En wat is het fraai wat er gebeurt als je het gaspedaal intrapt. Ten eerste is er het donkere baritongeluid, dat boven de 2000 tpm steeds voller wordt. Bij 2500 tpm staat het koppel van 850 Nm beschikbaar. Laat je het gaspedaal los, dan gaat dat gepaard met geknetter uit de uitlaatpijpen. Natuurlijk slaat het nergens op, deze spielerei, maar leuk is het wel als je je eraan overgeeft.

Audi deed meer om zijn topmodel sportieve flair te geven. In de RS-stand ligt carrosserie 9 centimeter dichter op het asfalt en verandert de Q8 in een bochtenridder die nauwelijks overhelt. Het optionele sportdifferentieel zorgt voor een snelle acceleratie uit bochten en stabiliseert de auto als de achterkant dreigt uit te breken. Dankzij torque vectoring gaat 85 procent van het vermogen bij een sportieve rijstijl naar de achterwielen, normaal is de verhouding 40:60.

Elke vrijdag een rijtest in je mailbox? Schrijf je in voor onze gratis wekelijkse nieuwsbrief!

Van sportauto naar reiswagen

Ook als je launch control activeert, merk je dat de systemen zich schrap zetten om de auto waanzinnig snel en veilig naar onwerkelijke te lanceren. De kleur van het toerentellerdisplay verandert van groen naar geel naar rood om het ideale schakelmoment aan te geven, als je kiest voor de razendsnel door de acht versnellingen schakelende flippers aan de stuurkolom. Ben je klaar met het geknetter of zien je passagiers wat bleekjes rond de neus, dan heeft de RS 8 Performance ook een comfort-programma en verandert hij in een gedistingeerde reiswagen.




Heel veel kilo’s

Een dikke SUV met sportwagenprestaties is eigenlijk absurd. De RS Q8 is bloedsnel, maar bepaald geen lichtgewicht met zijn 2275 kilo. En dan heeft hij ook nog een nauwelijks te stillen dorst. 13,6 l/100 km is het WLTP-gemiddelde, dus in het gunstigste geval rijd je 7,4 kilometer met een liter benzine. Absurd, als je erover nadenkt. Zoals ook zijn afmetingen verbijsterend zijn, met die overrompelend grote wielen en de enorme breedte van meer dan 2 meter. Op onze eindbestemming Urk krijgen we de neiging hem tussen de vissersboten te parkeren, in plaats van tussen zijn soortgenoten op de parkeerplaats.

Wat de Audi-technici knap hebben gedaan, is dat de auto niet zwaar of lomp aanvoelt. Verrassend snel voel je je thuis en rijd je met dit topmodel alsof je niet anders gewend bent. De standaard vierwielbesturing helpt mee; door de tegensturende achterwielen is de draaicirkel kort en gaat manoeuvreren minder moeizaam dan verwacht.

Audi RS Q8 prijs

En de prijs? Hou je vast. Mede dankzij een bpm-bedrag van 88.319 euro vanwege de hoge CO2-uitstoot van 297 gram betaal je 250.284 euro. Daarmee is de RS Q8 Performance de duurste Audi in de omvangrijke prijslijst en valt-ie automatisch in de doelgroep van de succesvolle voetballers, volkszangers en influencers. Overigens is er ‘al’ een Audi Q8 voor 102.590 euro. Dat is de Q8 55 TFSI e quattro. O ja, en de 305 km/h tikten we uiteindelijk niet aan …

Conclusie

Zelfs als je niet per se een SUV-liefhebber bent, weet de RS Q8 Performance op je emoties in te spelen. Het is een serieuze sportwagen die uitstekend weet te maskeren dat hij loodzwaar is. Leuk om over op te scheppen: de RS Q8 Performance klokte de snelste tijd van een SUV op de Nürburgring.

Source link

niemand in Nederland vraagt erom, toch wil je ‘m

niemand in Nederland vraagt erom, toch wil je ‘m

De Alfa Romeo Junior is voortaan ook als Q4 leverbaar. Een Alfa Junior met vierwielaandrijving door een tweede elektromotor op de achteras. Wat moet je hiermee in Nederland, denk je misschien. Maar als je verder kijkt, ga je toch twijfelen.

Wat is opvallend aan de Alfa Romeo Junior Ibrida Q4?

Alfa Romeo begint zowaar iets te krijgen wat op een volwassen modellenaanbod lijkt. Na een tijdje alleen de Giulia en de Stelvio te hebben verkocht, kunnen dealers hun klanten nu ook wijzen op de Alfa Romeo Tonale en de Junior. Daar komt nu nog een model bij. Al is dit niets meer of minder dan een Junior Ibrida (Italiaans voor ‘hybride’) met een tweede elektromotor op de achteras. 4×4-aandrijving dus. Of zoals Alfa zegt: Q4.

Tip!


Viaplay jaarabonnement is terug: met gratis F1 TV Pro inbegrepen

Alfa zegt dat de Juinior Q4 niet alleen bedoeld is voor consumenten die daadwerkelijk vierwielaandrijving nodig hebben (voor wie bijvoorbeeld in de Dolomieten woont), maar ook voor degene die meer veiligheid en controle wenst. Zo is de ‘handling’ in bochten verbeterd in vergelijking tot de hybride-versie met voorwielaandrijving.

De boekhouders van Alfa verwachten dat 20 procent van de Junior-kopers kiest voor de Q4, maar dat percentage zal in Nederland een stuk lager zijn (zie de prijs bij punt 4 hieronder). Wie er een koopt, krijgt 145 pk. De normale Ibrida met alleen voorwielaandrijving komt tot 136 pk. Voor alleen het extra vermogen hoef je dus niet de Q4 aan te schaffen; 9 pk extra is te verwaarlozen. 

De Junior Q4 heeft geen permanente vierwielaandrijving. Tot een snelheid van 30 km/h worden alle vier de wielen aangedreven (afhankelijk van de rijstand). Tussen 30 en 90 km/h komen de achterwielen alleen in actie als dat nodig is (lees: als de grip te wensen overlaat). Boven 90 km/h gaat de elektromotor op de achteras in de slaapstand. 

Wat is goed aan de Alfa Junior Q4?

Aan de 145 pk van de Junior Q4 heb je in de praktijk meer dan voldoende, merken we tijdens een testrit door De Langhe, een glooiend heuvellandschap vol wijnranken in de Italiaanse regio Piëmont, niet heel ver van de bakermat van Alfa Romeo, Milaan.

Heuvelopwaarts hebben we nooit het idee dat we vermogen tekort komen, laat staan in ons vlakke landje. De Alfa Junior stuurt daarbij prettig met een tikkeltje weerstand waardoor we reikhalzend uitkijken naar elke bocht op de route. Al voelt het een beetje kunstmatig aan en wordt het nooit zo puur als met een Mini Cooper.

Voor een 4×4 is de Junior Q4 relatief licht, 1475 kg. Een extra elektromotortje van 28 pk op de achteras weegt nu eenmaal minder dan een permanent 4×4-systeem met een differentieel. De Junior voelt dan ook lichtvoetig aan. De 1,2-liter 3-cilinder die we uit andere Stellantis-producten kennen, produceert zowaar een sportief geluid. Al klinkt het niet zo leuk als het geknetter van de befaamde boxermotors uit kleine Alfa’s uit het verleden, de Alfasud en de 33. De 6-trapsautomaat schakelt vlot op en wie wil, kan zelf schakelen met flippers achter het stuur.

Het testparcours omvat een offroad-gedeelte waarvoor een Toyota Land Cruiser zijn bed niet uitkomt, maar dat voor een compacte B-segmentauto best een uitdaging is. Heuvelopwaarts, over gravel en door modder en geulen. Dat zou een voorwielaangedreven auto met een beetje moeite misschien ook lukken, maar het gemak en de snelheid waarmee de Junior Q4 naar boven klautert, maakt toch indruk op ons.  

Als we de heuvels verlaten voor de snelweg, schakelt de achterwielaandrijving zich uit. Alfa heeft de veren, schokdempers en stabilisatorstangen voor de Q4 aangepast voor het beter absorberen van oneffenheden. Dat blijkt te kloppen, want nimmer hebben we het idee dat de Junior moeite heeft met dwarsrichels en ander ongerief in het wegdek. 

Wat kan beter aan de Alfa Romeo Junior Q4?

Je kan vallen over het feit dat de Junior feitelijk een Jeep Avenger 4xe is, maar zo zijn wij niet. Zonder deze kruisbestuiving had de auto niet bestaan. We zeuren dus ook niet over de bedieningshendel van de automaat die rechtstreeks uit andere Stellantis-producten komt. 

Het interieur heeft een typisch Alfa-sfeertje. Met een instrumentarium dat een aardige poging doet om op twee kokers te lijken, een klein sportief stuur dat aan de onderkant afgeplat is en kogelronde ventilatieroosters met een rood verlichte Alfa-slang. Leuk gevonden. 

Alfa Junior Q4 test:
Alfa Junior Q4 test:
Alfa Junior Q4 test:

Voorin zit je prima (al is de zitting wat aan de korte kant), achterin wat minder. Hier houdt de beenruimte niet over. De achterbank is niet verschuifbaar. Met een inhoud van 340 liter is de bagageruimte het kleinst van alle uitvoeringen. De elektrische Junior komt tot 400 liter en de Ibrida met 136 pk tot 415 liter. Dat je een extra elektromotor op de achteras hebt, merk je dus zodra je gaat shoppen bij de bekende Zweedse meubelgigant of op vakantie gaat. 

Wat is de prijs van de Alfa Junior met 4×4?

Alfa vraagt 42.600 euro voor de vierwielaangedreven Junior. Dat is een stevig bedrag voor een B-segmenter, maar hij heeft dan ook 4×4. Alleen de 280 pk sterke Veloce is nog duurder (48.100 euro). Voor dat geld is de uitrusting in orde. De Q4 is standaard uitgerust met twee optiepakketten van elk 2495 euro: Techno en Premium. Hier zitten leuke extra’s bij als led matrix-koplampen, navigatie, donker getinte achterruiten, adaptieve cruise control en een bestuurderstoel die elektrisch te verstellen is én een massagefunctie heeft.

De pedalen en instaplijsten zijn van sportief aluminium en ook een zwarte hoogglans bodykit is inbegrepen. Allemaal zaken die de gewone Ibrida niet heeft of waarvoor je extra moet betalen. Aan de andere kant: die is er al vanaf 34.850 euro. 

Wat vind ikzelf van de Alfa Junior Q4?

Dat er na de Mito weer een compacte Alfa is, vind ik sowieso leuk. Ik ben mijn auto-carrière begonnen met een Alfasud en koester warme herinneringen aan deze auto. Zo puur rijdt de Junior ook weer niet (en dat kan eigenlijk ook niet), maar hij weet zich als Stellantis-kloon positief te onderscheiden. De Junior rijdt net wat sportiever en heeft een eigen design. 

Of ik voor de Q4 zou gaan, betwijfel ik. Misschien als ik ooit besluit om in Zuid-Tirol te gaan wonen. In ons land sneeuwt het zelden en ik woon op de begane grond en niet op de top van een heuvel waar je alleen over een moeilijk begaanbaar gravelweggetje kunt komen. Ik zou eerder de gewone Ibrida kiezen plus het Sport Pack met die waanzinnige sportstoelen van Sabelt. Dan ben je een stuk goedkoper uit. Dat ik dan 9 pk minder heb, kan ik mee leven.

Source link

wedden dat je de elektrische Fiat 600 nu wel wilt hebben?

wedden dat je de elektrische Fiat 600 nu wel wilt hebben?

Abarth 600e test:

De Abarth 600e is de krachtigste Abarth ooit. Maar hij is ook elektrisch.
Rijmt dat een beetje met de brullende race-historie van het Italiaanse merk?

Als er één automerk is dat verschrikt moet hebben
opgekeken toen Europa aankondigde dat er vanaf 2035 alleen nog nieuwe elektrische
auto’s mogen worden verkocht, is het Abarth wel. Het in 1949 door (de overigens
in Oostenrijk geboren) Carlo Abarth opgerichte tuningbedrijf staat bekend om
zijn racesuccessen van weleer en stevig opgevoerde Fiatjes 500. Zo stevig, dat
het motorkapje niet meer dicht kon vanwege alle extra onderdelen en op een kier
bleef staan.

De historie van Abarth is doorspekt met benzinedampen en
olie. Een Abarth is snel en maakt kabaal. Maar daar is nu verandering in
gekomen. Geen gedonder meer, maar gezoem. De Abarth 500e was er al. Die schreef
meteen geschiedenis als eerste elektrische Abarth ooit. De grotere Abarth 600e pakt
ook een titel, die van krachtigste Abarth aller tijden. Het is feitelijk een technisch aangepaste Fiat 600e, maar dan 300 keer leuker. 

Tip


BYD ATTO 3 - 100% elektrische SUV

Abarth 600e test:
Abarth 600e test:

Abarth 600e: 240 of 280 pk

De instapper, de Turismo, heeft een vermogen van
240 pk. Die worden stuk voor stuk losgelaten op de voorwielen. Wie meer wil,
kan terecht bij de Scorpionissima, die 280 pk op het asfalt gooit. Ook alleen
via de voorwielen. Opletten dus als je over de eeuwenoude Via Appia bij Rome rijdt,
want bij vol ‘gas’ blijft geen steen op zijn plek liggen en heb je zo het
Italiaanse ministerie van cultuur aan je broek.

Abarth bouwt 1949 exemplaren
van de Scorpionissima, naar het geboortejaar van het merk. De Turismo kun je
kopen tot je erbij neervalt.

Abarth 600e test:
Abarth 600e test:

Fenomenale grip

De Abarth 600e is uitgerust met een mechanisch
sperdifferentieel. Het sper zorgt ervoor dat de
voorwielen geen moeite hebben met het hoge vermogen. Dat
blijkt in de praktijk voorbeeldig te werken. Vooral in bochten beschikt de Abarth
600e over een fenomenale grip. De besturing is scherper dan peperoncino, Italiaanse chilipepers, en je kunt de 600e uiterst nauwkeurig plaatsen.

Abarth 600e test:
Abarth 600e test:
Abarth 600e test:

Beide handen aan het stuurwiel

De 1600 kilogram zware Abarth 600e accelereert met
gemak naar 100 km/h (de Scorpionissima doet er 5,85 seconden over), maar het is
zaak om het stuur stevig vast te pakken, zo voelbaar zijn de aandrijfkrachten.
Vooral op slecht wegdek en in messcherpe bochten moet je het stuur goed
omklemmen. Op een mooie vlakke ondergrond, zoals het asfalt van de Nederlandse
snelwegen, is dat minder nodig en is de rijervaring vooral soepel en stabiel. 

Meld je aan voor onze gratis nieuwsbrief, dan krijg je elke week een rijtest in je mailbox. 

Wie het allemaal wat te intens vindt, kan
simpelweg overschakelen op de rijstand Turismo. Met minder koppel (300 i.p.v.
345 Nm) en vermogen (150 i.p.v. 240 pk) en een lagere topsnelheid (van 200 naar
150 km/h) wordt de Abarth 600e minder explosief. 

Abarth 600e test:
Abarth 600e test:

Wie juist Italiaans temperament wil, schakelt over naar ‘Scorpion Track’, de rijstand waarin de schorpioen van Abarth zijn meeste gif injecteert, met een rijbeleving die we gerust mogen omschrijven als spectaculair. Om het plaatje compleet te maken, laat je geluidsgenerator brullen als een Abarth 595 Competizione op benzine.

Lees de volledige test van de Abarth 600e in Auto Review 02/2025.

Source link